Paul van Ass neemt afscheid als bondscoach na olympisch goud met hockeyvrouwen

Paul van Ass heeft besloten zijn functie als bondscoach van de Nederlandse hockeyvrouwen neer te leggen. Zijn indrukwekkende periode bij het team eindigt met het veroveren van de gouden medaille op de Olympische Spelen in Parijs, waarmee hij zijn werk bij de KNHB in stijl afsluit.

Van Ass werkte eerder al samen met de hockeybond. In 2012 leidde hij het mannenteam naar een zilveren medaille op de Spelen in Londen. Twee jaar later pakte hij opnieuw zilver op het WK in Den Haag met de mannenploeg.

“Ik heb de afgelopen twee jaar met veel plezier gewerkt met een fantastische en gedreven groep vrouwen”, aldus Van Ass in een officiële verklaring. “Er rust voortdurend een hoge verwachting op hun schouders om goud te winnen. Maar iedereen die betrokken is bij topsport weet dat succes nooit vanzelf komt. Het vergt gezamenlijke toewijding en hard werken.”

De coach omschrijft de samenwerking als een uniek avontuur. “De reis die we samen maakten was bijzonder. Het is prachtig dat we die reis hebben kunnen afsluiten met een gouden medaille in Parijs. Nu is het echter tijd om vooruit te kijken.”

Met zijn 64 jaar voelt Van Ass dat het moment gekomen is om het stokje door te geven en geen nieuwe vierjarige olympische cyclus richting Los Angeles 2028 te starten. “Ik kijk terug op een schitterende periode en ben trots op wat we als team bereikt hebben. Het was een gouden tijd.”

Van Ass werd in 2022 aangesteld als opvolger van Alyson Annan. De Australische coach stapte op nadat er binnen het vrouwenteam signalen waren van een angstcultuur en gebrekkige communicatie. Annan stond deze zomer met China in de olympische finale tegenover Nederland, maar verloor na shoot-outs van haar voormalige ploeg.

Technisch directeur Clarinda Sinnige van de KNHB spreekt haar waardering uit voor de manier waarop Van Ass het team heeft geleid. “Paul begon in een onrustige periode bij de dames en wist niet alleen het spel, maar ook de teamdynamiek positief te beïnvloeden. Het plezier en de energie die het team op het veld liet zien, waren daar duidelijke bewijzen van.”